Omdat u nu al helemaal op de hoogte bent, volgt een samenvatting.
Vooral op een teeltbed is de kleine brandnetel een venijnige prikker. Toch is wieden met blote handen het meest trefzeker. Ja, u moet wel ergens tegen kunnen, en het went !
deze kleine is toch wel iets te groot geworden (ziet u het zaad ook al ?) . . .
De grote brandenetel herbergt rupsen van vele vlinders. De brandnetel dient als waardplant. De atalanta, dagpauwoog, kleine vos, gehakkelde aurelia, enkele uiltjes en het landkaartje leven uitsluitend van brandnetels.
grote brandnetels op de Groentenhof (langs de slootkant)
Maar u moest eens weten hoe vaak brandnetels nog verdelgd wordt. Onbegrijpelijk toch ? Nu u dit weet.
Wat een prachtige vlinders !? De meeste kent u wel. Op de Groentenhof fladderen er inmiddels ook de nodige rond.
Wat brengen brandnetels de biologische tuin ?
- Laat ik beginnen met diversiteit: vrolijke vlinders in de tuin.
- Verder groeien brandnetels daar waar de bodem rijker aan humus wordt en voldoende stikstof bevat. Voor veel bladgroenten en koolgewassen is stikstof van groot belang.
- Daarnaast buffelt de brandnetel een aantal belangrijke voedingselementen, zoals kalium (K) en calcium (Ca).
- Voor de mens zijn de jonge scheuten (bladeren) na bereiding eetbaar. De planten zijn rijk aan waardevolle vitamines en mineralen. En heeft u soms een geitje ? Geiten eten brandnetels graag vers.
Iedere plant deelt wat mee over zijn omgeving (bodem en standplaats). Bovendien geeft een plant ook wat terug. Een plant neemt voedingsstoffen uit de bodem op. Dit wordt dus ook wel eens buffelen genoemd. Later, na compostering (door de werking van het bodemleven) komen deze stoffen weer beschikbaar. Ook de brandenetel is een natuurlijke en nuttige schakel in deze keten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten